Al geruime tijd zien we het niveau van de 10-jaars rente dalen. De laatste weken zien we echter dat het 10-jaars renteniveau juist oploopt. In deze update gaan we in op de impact van deze ontwikkeling op beleggingsportefeuilles. We sluiten af met onze verwachting over het toekomstige renteniveau.
Waarom zijn rentes gestegen?
Verbeterde hoop m.b.t. de handelsbesprekingen en de Brexit-deal doen renteniveaus van de VS en Duitsland stijgen. Een hoger niveau van optimisme leidt ertoe dat beleggers deze ‘veilige’ obligaties verkopen en beleggen in risicovollere beleggingscategorieën zoals aandelen. Een daling in de vraag naar staatsobligaties leidt tot een hoger renteniveau. De Duitse 10-jaars rente is opgelopen van -0,70% begin september naar -0,35%.
Stijgt de rente, dan dalen obligatiekoersen
Obligatiekoersen bewegen in de regel tegengesteld aan het renteniveau. Dit zien we dan ook in de onderstaande grafiek terug. De zwarte verticale lijn laat zien waar de maand september begint en de rentes beginnen te stijgen. Te zien is dat het rendement over het kalender jaar 2019 van Europese staatsobligaties (groene lijngrafiek) sinds begin september is teruggelopen van circa +10,0% naar ongeveer +8,0%.
Positief sentiment gunstig voor aandelenkoersen
Bezorgdheid over de wereldwijde economische groei is voor veel beleggers gerelateerd aan het handelsconflict tussen de VS en China. Positieve berichten over de handelsbesprekingen leiden dan ook vaak tot een verbeterd sentiment op de beurs, met stijgende aandelenkoersen als gevolg. Sinds begin september zijn wereldwijde ontwikkelde aandelen met ca. +2,4% gestegen, waarmee het rendement voor wereldwijde aandelen uit ontwikkelde landen over kalenderjaar 2019 stijgt naar +22,4%.
De zogenaamde Value aandelen stegen sinds begin september met ca. +7,1%. Binnen de Value ETF waarin Care is investeert, zijn aandelen van financiële instellingen sterker gerepresenteerd. Voor financials is een stijgende rente in de regel goed nieuws. Veel banken bezitten korte termijn gelden van spaarders en lenen dit voor langere looptijd uit tegen een hoger rentepercentage. Wanneer de rente stijgt – en in het bijzonder wanneer de lange rente sterker stijgt dan de korte rente – leidt dit tot een hogere rentemarge en betere winstvooruitzichten voor banken (en dus stijgende aandelenkoersen).
De Minimum Volatility factor behaalde sinds begin september een rendement van ‘slechts’ +0,5%. Minimum Volatility aandelen blijven beter liggen wanneer het onrustig is op de beurzen. Hier staat tegenover dat deze aandelen ook minder sterk meestijgen bij een positief sentiment op de beurs.
Over het gehele kalenderjaar 2019 was het rendement van Minimum Volatility aandelen met +24,0% aanzienlijk hoger dan de behaalde +14,0% van Value aandelen.
Inverse rentecurve
Sinds mei werd veel geschreven over de zogenaamde inverse rente curve. Vanaf toen daalde de 10 jaars rente onder het niveau van de rente met een kortere looptijd. In het verleden zijn veel recessies vooraf gegaan door een inverse rentecurve. In onderstaande grafiek is te zien dat sinds begin september het negatieve verschil tussen de lange en korte rente is afgenomen tot het punt waarbij er geen sprake meer is van een inverse rentecurve (omcirkeld gebied). Zoals beschreven is deze ontwikkeling positief voor aandelen van financiële instellingen.
Rente blijft naar verwachting laag
De stijgende rente in de afgelopen weken betekent overigens niet dat de weg naar boven is ingezet. Factoren die een verlagend effect hebben op de rente zijn nog steeds prominent aanwezig. Denk bijvoorbeeld aan het ruime monetaire beleid van centrale banken en lage inflatieverwachtingen als gevolg van vergrijzing en technologische innovatie. Onze verwachting is dat rentes voorlopig nog wel even laag blijven.